vrijdag 30 september 2005
ome Piet
en dan hadden we ome Piet. die deed van alles, werkte los, nooit vast.
en als ie niet werkte was ie op het oude Waterlooplein, op een hoek, waar alle vaste ouwespullenkijkers bij elkaar stonden. m'n opa stond daar dan ook. rookten ze dikke sigaren en bespraken de polletiek. als ik m'n mond hield kreeg ik soms een dubbeltje.
maar ik dwaal af.
lange magere ome Piet reed 's zomers met Vami roomijs.
je hoorde um al voor ie de hoek om kwam: "VAAAAAAMI ROOM-IJS!"
als een rattevanger verzamelde ie zo alle kinderen uit de buurt. als er genoeg volk was verzameld trok ie de handrem van de kar krachtig aan, kwam z'n grote lederen zadel af, klapte de magiese klep open en roetsjte een metalen pijp omhoog. daar zat het ijs in, een rol ijs. dan pakte ie een rond wafeltje uit een vierkant blik, legde dat bovenop de rol, pakte ie een soort taartschep en sneed ie een plak van de rol af, wafeltje d'r onder, ijsje klaar.
dat kostte een duppie. of een kwartje, hoe dikker hoe duurder.
behalve voor ons, de neefjes van vaderskant. wij kregen vaak een kwartje ijs voor een duppie. of een duppie ijs voor nop.
het was per slot onze ome Piet.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten