vrijdag 18 maart 2005

vergeten werkwoorden

lantaarnpaal 2
ik moet oppassen dat dit geen al te nostalgies lifelog wordt.
maar deze kan nog wel.
ga ik het morgen weer over hedendaagse alledaagsheid hebben.

putten, stoepranden, palen:
drie zelfstandig naamwoorden die in mijn jeugd meer betekenis hadden als werkwoord in combinatie met een bal. drie werkwoorden die in die specifieke betekenis vergeten dreigen te worden.
palen deed je met z'n allen. voetballen dus, ieder een lantaarnpaal als doel en als jouw lantaarnpaal door iemand werd geraakt was je af. samenspelen mocht, wie over bleef had gewonnen.
putten was een variant op palen, maar dan met twee teams, ieder team een afvoerput als doel in een tegenoverliggende stoeprand. extra handicap: als je met een tennisbal voetbalde moest je uitkijken dat de bal niet in de afvoerput verdween.
stoepranden dee je met z'n tweëen met een tennisbal. ieder aan een kant van de straat en dan de bal zo gooien dat ie op de tegenover- liggende stoeprand terechtkwam en dan bij je terugkaatste.
de komst van de eerste autoos in de straat maakten het stoepen, palen en putten allengs moeilijker. al was het wel weer leuk dat er voor de zoveelste keer een buurman (vrouwen reëen toen nog geen auto) zijn huis uitvloog als er een bal op het dak van zijn glimmende auto was terecht gekomen. maar hard weglopen was een andere tak van sport waar ik me later noodgedwongen meer in bekwaamde.

Geen opmerkingen: