dinsdag 17 januari 2006

opgesloten

gevangenis
ooit was ik veertien, vijftien en lonkten er verre horizonten dus moest ik nodig mijn grenzen verleggen. met een schoolvriendje ging ik de weddenschap aan dat het me zou lukken om op één middag vanuit Amsterdam naar Duitsland te liften en terug. ik had weliswaar nog nooit gelift, maar ik had vaak genoeg bij de Utrechtse Brug gezien hoe dat moest: duim omhoog, vriendelijk kijken, bingo.
en zo eenvoudig was het inderdaad. binnen twee uur stond ik aan de duitse grens voorbij Arnhem, wandelde ik naar het marechausseekantoortje en vroeg ze daar flierefluitend naïef even mijn paspoort af te stempelen als bewijs van mijn aanwezigheid aldaar.
maar de marechausseeman vond het raar. wat of ik daar dee, vroeg ie, en hoe ik er was gekomen en of m'n moeder wel wist waar ik was. tuurlijk weet ze dat, zei ik, en geef me nou even een stempeltje, dan kan ik weer terug. of ik dan even in dat kamertje wil plaats nemen, zei hij toen leep en deed de deur achter me op slot. omdat ie m'n moeder wilde bellen. die er niet was. en toen ze d'r uiteindelijk wel was wist ze van nix. zodat ik pas uren later met een zedenpreek de deur werd uitgezet. want ik moest er wel wat van opsteken, zei de marechausseeman nog.
dat ik vijf minuten later weer terugkwam en hem vroeg alsnog een stempel in m'n paspoort te zetten was een schoonheidsfoutje.

Geen opmerkingen: